vrijdag 15 november 2013

Perth 04


Perth 04

9 november tot en met 15 november 2013

De boottrip op zondag naar Fremantle is fraai, maar uiteindelijk toch geen overdonderend succes. We varen een uur over de Swan River richting zee. Links en rechts zijn alle oevers bebouwd met grote tot heeeeel grote huizen. Er wordt veel gevaren met zeil- en motorboten, maar aan de wal kom je nog maar op heel weinig plaatsen, alles volgebouwd. Onze boot meert af voor de spoorbrug bij Fremantle, en van daar blijkt het een half uur lopen naar de E-Shed, de grote markthal aan de haven en het begin van de binnenstad van Fremantle. Vanwege de warmte (het is 36plus) houden we het maar bij bier drinken en shoppen in de E-Shed. Als we terugwandelen naar onze boot, stopt er spontaan een auto naast ons en een dame vraagt of we een lift willen. Het is toch veel te warm om te lopen... Ja, er zijn zat aardige mensen op aarde!  Omdat we er bijna zijn, bedanken we vriendelijk voor de lift. Een mooie boottocht, maar helaas is de aanlegsteiger te ver van de stad Fremantle. Parkeren in Fremantle blijkt overigens 6,70 dollar per dag te kosten, 43,30 dollar minder dan de boottrip…

De oevers van de Swan River

Onze ferry naar Fremantle

Perth gezien vanaf de Swan River


Dinsdag doen we Fremantle nog een keer over, maar nu met de trein en bus. We eten fish and chips op een terras aan de Indische Oceaan en we bezoeken uitgebreid het Ship Wreck Museum. Gratis toegang, er zijn ook goedkope uitjes in Australië! Het museum vertelt het verhaal van de verkenning van de westkust van Australië door de Nederlanders. Te beginnen met Dirck Hartogh in 1616, die als eerste Europeaan de westkust verkende. Maar het museum heet niet voor niets het Ship Wreck Museum, dus gaat het vooral over de schepen die het niet haalden: De Batavia in 1629, De Verguhlde Draeck in 1636, de Zuytdorp in 1712 en de Zeewijk in 1726. Deze schepen strandden op de westkust van Australië, omdat de VOC een nieuwe route naar Nederlands Indië had bedacht. Eerst vol gas met de wind in de rug van Kaap de Goede Hoop over de 40ste breedtegraad (de ‘roaring fourthies’) naar het oosten en dan ter hoogte van Batavia links af in Noordelijke richting, ook weer met de wind in de rug (meestal!). Veel sneller dan de traditionele Portugese route vanaf Kaap de Goede Hoop langs Madagascar en de Afrikaanse kust omhoog. Maar de kapiteins hadden een probleem. Omdat er nog geen nauwkeurige tijdmeting was, konden de kapiteins niet precies bepalen, op welke lengtegraad ze zich bevonden. De lengte werd bepaald op basis van ‘gegist bestek’. Zoveel dagen naar het oosten gevaren met die snelheid, dus nu moeten we er wel zijn…  ‘90 graden bakboord stuurman’, riep de kapitein dan, maar helaas, soms was de boot net wat sneller gegaan dan geschat, of de stroom liep wat harder. Hoe dan ook, af en toe riep de kapitein te laat ’90 graden bakboord’ en dan eindigde het schip op een van de vele lage eilandjes en zandbanken voor de Australische westkust.

We vinden in Fremantle Bolletje beschuit en chocolade hagelslag in een fantastische jaren 60 winkel, waar meel, suiker, koffie en tientallen andere levensmiddelen nog in bulk wordt verkocht vanuit grote bakken. Alles zelfbediening, en alles op basis van groot vertrouwen. Naast zo’n winkel willen we wonen!

Fish and chips in Fremantle

Tante Emma Laden, zeggen de Duitsers.


Omdat we voor 88 dollar een jaarkaart voor de West Australische Nationale Parken hebben gekocht, willen we wel eens zien wat die parken nu eigenlijk voorstellen . Woensdag bezoeken we het John Forrest National Park, 20 kilometer ten oosten van Perth aan de Great Eastern Highway. Dicht! Een groot ijzeren hekwerk met de mededeling, dat de Scenic Route van april tot juni 2013 wegens wegwerkzaamheden is afgesloten… Maar het is november intussen! Ja, ze hadden wat vertraging ‘vanwege het slechte weer’, legt een wegwerker uit, maar vanaf het volgend weekend is het park zeker open… Een paar kilometer verderop blijkt er nog een ingang te zijn. Die leidt naar een grote parking, met daarop een handvol auto’s. Laagseizoen... We wandelen een kilometer naar ‘de cascade’, een groot woord voor een tuinslang dik straaltje water dat van een rots naar beneden valt. We lunchen aan de waterval, daarbij zorgvuldig gade geslagen door twee magpies, die ons het brood uit de mond kijken. Overal de in Australië zo populaire waarschuwingsbordjes. Danger! Risk! Het grootste risico is, dat je ooit over zo’n bordje struikelt en dan je been breekt…

John Forrest National Park

Marianne scheurt met haar Prado door het John Forrest park


Op donderdag bezoeken we het Yenchup National Park, 50 kilometer ten noorden van Perth. We wandelen twee kilometer rond het Lake McNess. Heel fraai, maar aan de voordeur vinden we het park een beetje een circus. Er is een koala sanctuary. Na veel zoeken vinden we drie koala’s, en bij elke koala een bedelbox met het verzoek om geld te storten voor het redden van de koala. In aanmerking genomen dat de toegang tot het park 12 dollar kost, en deelname aan een guided tour nog eens 11 dollar per persoon extra, vinden we dat gebedel een beetje over de top. Maar de keerzijde is natuurlijk, dat zonder het parkbeheer er geen padjes zouden zijn waar je langs kunt lopen, et cetera. Je vindt wat en je laat wat…

Yenchup NP

Marianne verdedigt de boterhammen tegen een aanval van twee magpies...


Voor natuur moet je kennelijk wat verder van Perth vandaan, wordt ons wel duidelijk. En dat gaan we doen! Zaterdag vertrekken we van Karinnyup naar Dwellingup! 60 kilometer zuid van Perth, en daar is een National Park waar je in het park mag kamperen. Misschien vinden we dan eindelijk ook eens een stukje onverharde weg. We hebben niet voor niks een 4x4 aangeschaft…

Geen opmerkingen:

Een reactie posten